Hoe moet je gevaarlijke stoffen opslaan volgens PGS 15?
Werk je met brandbare, giftige of milieugevaarlijke stoffen? Dan ontkom je niet aan de PGS 15-richtlijn. In dit artikel leggen we in heldere stappen uit hoe je gevaarlijke stoffen veilig en conform PGS 15 opslaat – en welke rol professionele opslagoplossingen daarbij spelen.
Dit artikel helpt veiligheidskundigen, facilitair managers en ondernemers die willen voldoen aan wet- en regelgeving én hun mensen en omgeving maximaal willen beschermen.
Wat is PGS 15 precies?
PGS 15 is de Nederlandse richtlijn voor de opslag van verpakte gevaarlijke stoffen en CMR-stoffen. Het doel van PGS 15 is om de risico’s voor mens en milieu te beheersen door duidelijke eisen te stellen aan onder andere:
- de inrichting en constructie van opslagruimten en -containers;
- brandwerendheid en compartimentering;
- ventilatie en explosieveiligheid;
- opvang- en lekvoorzieningen (lekbakken);
- procedures, opleiding en noodorganisatie.
Kort gezegd: PGS 15 geeft aan hoe je gevaarlijke stoffen moet opslaan zodat een incident zo veel mogelijk wordt voorkomen, en de gevolgen van een calamiteit beperkt blijven.
Stap 1 - Breng je gevaarlijke stoffen in kaart
Een goede opslag begint met een zorgvuldige inventarisatie. Zonder te weten welke stoffen je hebt, in welke hoeveelheden en in welke verpakking, kun je geen juiste opslagvoorziening kiezen.
Let daarbij op de volgende punten:
- Welke ADR-klassen zijn aanwezig (bijv. brandbare vloeistoffen, toxische stoffen, corrosieve stoffen)?
- Wat zijn de hoeveelheden per stof en per opslaglocatie?
- In welke verpakking worden de stoffen opgeslagen (vaten, jerrycans, IBC’s, spuitbussen, kleine verpakkingen)?
- Zijn er qua stoffen onverenigbare combinaties die gescheiden moeten worden opgeslagen?
Stap 2 - Kies de juiste PGS 15-opslagvoorziening
Op basis van de inventarisatie kies je de passende opslagvoorziening. PGS 15 maakt gebruik van de ADR-klasse van een stof om te bepalen in welk type opslagvoorziening dit opgeslagen moet worden. Vuistregel hierin is; elke gevaarlijke stof moet in beginsel brandwerend worden opgeslagen, met uitzondering van onbrandbare of niet brandonderhoudende verpakte gevaarlijke stoffen van ADR-klasse 8, verpakkingsgroep II of III zonder bijkomend gevaar, en/of stoffen van ADR-klasse 9. Opslag kan binnen (inpandig) of buiten (uitpandig) plaatsvinden, afhankelijk van het type opslagvoorziening.
Veelgebruikte oplossingen zijn onder meer:
- PGS15 veiligheidskasten – voor kleinere hoeveelheden gevaarlijke stoffen in werkruimten. (tot 250 liter per kast)
- PGS15 opslagcontainers – binnen- of buitenopslag voor grotere hoeveelheden verpakte gevaarlijke stoffen.
- Brandwerende opslagunits – met een brandwerendheid van 60 of 90 minuten.
- Opslag met geïntegreerde lekbak – om morsingen en lekkages direct op te vangen.
Bij de keuze van een PGS 15-opslagsysteem zijn onder andere de volgende criteria van belang:
Technische eisen
Denk aan:
- vereiste brandwerendheid (WBDBO);
- mechanische sterkte en stabiliteit;
- ventilatie en explosieveiligheid (ATEX);
- robuuste, vloeistofdichte lekbak.
Functionele eisen
Denk aan:
- toegankelijkheid voor medewerkers en heftrucks;
- indeling met stellingen en legborden;
- scheiding onverenigbare stoffen (compartimenten);
- mogelijkheid tot maatwerk
Stap 3 - Zorg voor brandveiligheid en milieubescherming
PGS 15 draait sterk om het beperken van brand- en milieurisico’s. Bij de Opslag van gevaarlijke stoffen moet je rekening houden met:
- Brandcompartimentering: de opslagvoorziening fungeert als apart brandcompartiment.
- Brandwerendheid: vaak 60 minuten of meer, afhankelijk van de situatie.
- Ventilatie: om ophoping van dampen en explosiegevaar te voorkomen.
- Vloeistofdichte lekbak: voorkomt bodem- en oppervlaktewaterverontreiniging.
- Nooduitgangen en vluchtwegen: duidelijk aangegeven en vrij toegankelijk.
Goed ontworpen PGS 15-opslagcontainers en -kasten integreren deze maatregelen in de constructie, zodat je als bedrijf direct voldoet aan belangrijke onderdelen van de richtlijn.
Stap 4 - Regel organisatie, procedures en opleiding
Een veilige opslagvoorziening is slechts één kant van het verhaal. PGS 15 vraagt ook om een goed georganiseerde werkwijze:
- duidelijke procedures voor ontvangst, opslag en uitgifte van gevaarlijke stoffen;
- etikettering en herkenbare markering van opslaglocaties;
- instructies voor persoonlijk beschermingsmiddelen (PBM’s);
- afgesproken werkwijze bij morsingen en calamiteiten;
- regelmatige training en herinstructie van medewerkers.
Stap 5 - Plan periodieke controle en onderhoud
PGS 15 gaat uit van een continu verbeterproces. Dat betekent dat je regelmatig controleert of je opslagvoorziening, procedures en registratie nog voldoen.
Besteed daarbij aandacht aan:
- visuele inspectie van opslagvoorzieningen (corrosie, beschadigingen, verzakking);
- controle van de lekbak (vuil, vloeistoffen, scheuren);
- check op juiste etikettering en scheiding van stoffen;
- controle op ventilatie en detectiesystemen;
- actualisatie van je stoffenregister en RI&E.
Praktijkvoorbeeld: van losse opslag naar PGS 15-conforme container
Veel bedrijven starten met een versnipperde opslag: enkele vaten in het magazijn, spuitbussen in een kast en IBC’s buiten op het terrein. Naarmate het volume toeneemt, neemt ook het risico toe en vaak voldoet de situatie niet meer aan PGS 15.
Door de gevaarlijke stoffen te centraliseren in een PGS 15 opslagcontainer met geïntegreerde lekbak, brandwerende wanden en goede ventilatie, ontstaat:
- een duidelijk afgebakend brandcompartiment voor gevaarlijke stoffen;
- een grote stap richting aantoonbare PGS 15-compliance;
- meer overzicht en efficiëntie voor logistiek en onderhoud.
Veelgestelde vragen over opslag volgens PGS 15
- gebruik te maken van gecertificeerde PGS 15-opslagvoorzieningen;
- techische documentatie en tekeningen van de opslag te bewaren;
- een actuele RI&E en stoffenregister bij te houden;
- afspraken en procedures vast te leggen in een veiligheids- of managementsysteem;
- inspectierapporten en onderhoudsverslagen te documenteren.